|
Nieuws
Het is elk jaar weer hetzelfde liedje. De jonge duiven vluchten zijn nog niet begonnen of een flink deel van de jongen zijn al weg. Het is een goede zaak, dat de Nationale organisatie (NPO) de nodige aandacht besteed aan het opleren en dus het voorbereiden van de jonge duiven op het komende vliegseizoen. Hoeveel liefhebbers zullen er met die adviezen aan de slag gaan? Hoe lang zal de politiek nog toekijken naar al die verliezen zonder hard in te grijpen? Waar wachten we nog op? Tot we onze sport niet meer mogen bedrijven? Wanneer worden we wakker?
In Nederland zijn op het moment de eerste trainingsvluchten begonnen. Met angst en beven wordt de seizoenstart van de Jonge Duiven vluchten tegemoet gezien. Vele malen ben ik al gevraagd om te reageren op verhalen in de duivenkranten. Het zou elk jaar slechter worden met de jonge duiven. In Nederland, België, Duitsland… overal hetzelfde beeld. Elk jaar zouden er meer verliezen te melden zijn. Vroeger was alles beter… Hoe kunnen we het tij keren?
Tja, wat moet ik daarop antwoorden? Voor degenen die getroffen werden door sterke verliezen tijdens de trainingen, het opleren of de jonge duivenvluchten is het natuurlijk bijzonder triest. Daarvoor heb je ze niet gekweekt”, en dat begrijp ik heel erg goed. Het is dan moeilijk om dan gemotiveerd te blijven.
NPO.
In Nederland hebben we het Nederlands Postduiven Orgaan, die het beleid bepaald. Er zouden zo’n 20% specialisten en 80% liefhebbers die hopen dat ze een mooie ploeg jonge duiven kunnen aansluiten aan het team dat het volgende jaar om de prijzen zal spelen. Dat lees ik onder andere in de NPO nieuwsbrief. Men speelt met de gedachte om voor die 20% vluchten te organiseren en voor de 80% alleen opleervluchten. Maar dan wel als het weer en de omstandigheden het toelaten. Vooral niet opleren bij oosten wind of zuidoosten wind enzovoort. Ik snap dat. Klinkt misschien allemaal wel logisch. De vraag is of liefhebbers dan mee gaan doen. Als er niets te winnen valt…. Als er geen eer te behalen is… want oh, oh, oh… wat zijn we eergevoelig. We hebben in vele afdelingen de africhtingsvluchten en toch doen daar over het algemeen veel te weinig liefhebbers aan mee. Ik ben dus bang dat het overgrote deel van de liefhebbers niet meedoet als ze niets kunnen winnen en er geen eer te behalen is.
Invlieg vluchten verplicht.
Voor mij is het allemaal veel te vrijblijvend. Hoe gaat het ook al weer bij de Olympische spelen? Hoe gaat het bij het wereldkampioenschap voetballen? Zelfs bij de amateurclubs? Wanneer mag je daaraan meedoen? Juist. Alleen al je je hebt geselecteerd en bij de amateurs als je goed hebt getraind. Ik zou dat systeem willen invoeren bij de jonge duiven vluchten. Eerst een aantal verplichte trainingsvluchten. Als we bijvoorbeeld afspreken dat er 6 tot 8 invlieg vluchten worden georganiseerd in juli en juli. De jonge duiven moeten minstens aan 4 of 5 vluchten hebben meegedaan. Pas dan mag men meedoen met de Jonge Duiven wedstrijden in Augustus. We beginnen met rayon vluchten op korte afstand en lossen alleen als dat echt ook kan en met een gunstige wind. Zonder enige druk, zonder uitslag in groot verband, alleen in verenigingsverband wat mij betreft. Geen enkele reden om daarmee te pronken of om ze te delen op facebook, want ze tellen nergens voor. Later verdere afstanden met zwaardere omstandigheden. Dat kan gelden als bewijs dat je hebt meegedaan aan de Invlieg vluchten.
Selectie.
Het grote voordeel is, dat alle duiven in ieder geval een aantal invliegvluchten hebben gehad, zonder dat er druk op staat. En dat scheelt een hoop stress, zowel voor de liefhebbers als voor de duiven. Daarna komen de Jonge Duiven vluchten voor wie zich hiervoor hebben “geselecteerd”. Ik garandeer dat dit een stuk beter gaat verlopen dan we dat tot nu toe kennen. Natuurlijk zullen we tijdens de invlieg vluchten ook duiven verspelen, maar dat is vooral natuurlijke selectie. Niet alle duiven worden echte postduiven. Ook zieke duiven zullen afvallen. Dat is in de natuur ook zo.
Maar dat is niet alles.
Het is ook van groot belang, dat we naar onszelf kijken. We moeten de hokken niet volstoppen met jonge duiven, waardoor ze geen eigen plek hebben en te weinig zuurstof. We dienen de duiven goed voor te bereiden voor de vluchten. Waarom lukte het vroeger wel beter en waarom nu niet meer? Wat is er veranderd?
Een aantal veranderingen op een rijtje:
- Vanaf 1980 tot ± 1995 werd bij toeval ontdekt dat een druppel DEXAMETHASON (dECADRON) in de waterpan het ruiproces stopte. Verduisteren was daardoor niet nodig. Sinds 1995 is dat verboden en moeten we de duiven verduisteren, wat de algehele weerstand niet ten goede komt.
- De omgevingsveranderingen, zoals de enorme ontwikkelingen in de technologie. Denk aan de uitbreidingen van satellieten, mobiele G5 telefonie, vele malen meer hoogfrequente stralingen die zich in de lucht bevinden. De vraag is of dat invloed heeft en die vraag is nog niet beantwoord.
- De populatie roofvogels is sinds 1980 enorm toegenomen, met alle gevolgen van dien. Ik hoef dat verder niet uit te leggen.
- Door laag frequente stralingen van elektriciteitsmasten, die steeds meer elektriciteit “vervoeren”, raken jonge duiven gedesoriënteerd. Vooral bij de eerste kennismakingen.
- Door zonuitbarstingen ontstaan enorm veel elektromagnetische stralingen die zelfs communicatiesystemen geheel plat kunnen leggen.
- De natuur is aan het veranderen. Meer overstromingen, hitte en koude.
- Fouten die gemaakt worden bij het verduisteren en bijlichten.
- Enorm veel opleren om te kunnen scoren. Vroeger ging het vooral om het leerproces.
- Verbeterde voeding, te goed misschien tijdens de voorbereidingen. Daardoor kunnen de overmoedige duiven ook te ver van de basis terechtkomen.
- Veel meer jonge duiven in hetzelfde hok. Ieder dier heeft zuurstof nodig en een tekort aan zuurstof en een overschot aan stikstof is funest voor de prestaties en gezondheid.
- Het kweken uit aangekochte wegvliegers via het internet. Uit wegvliegers. Want uit wegvliegers kweek je meestal alleen maar wegvliegers. Je doet die niet weg, want die duif heeft veel geld gekost… Vroeger kweekten we alleen uit onze topkwekers en topvliegers.
De duiven zullen zich moeten aanpassen aan de veranderde omstandigheden. Het is onzin te beweren dat duiven kunnen vliegen als 40 jaar geleden. Kijk niet te veel naar het verleden, want dan sta je met de rug naar de toekomst. Daarom ben ik voorstander van een veel rustiger start van het Jonge Duiven seizoen. Niet meteen vol de druk er op. We zien dat ook bij onze overnacht vliegers. Zij doen ook hun jongen mee met de vluchten, maar alleen om te leren. Verder niets. Het gaat om thuiskomen.
Wat kan ik zelf doen?
Wij kunnen de wereld niet in ons eentje veranderen. Dus moeten we kijken: wat kan ik wel doen om het tij te keren. Alleen maar kweken uit de beste kweek en vliegduiven, die van zichzelf super gezond kunnen blijven. Want uit veel “internet duiven” met mooie papieren kweken we meestal een hoop jongen die wegvliegers worden. Daarom is het veel beter deze zogenaamde “kwekers” op te ruimen. Beter twee “papieren duiven” opgeruimd, dan vele jongen eruit verliezen. Hoe wil je dat uitleggen aan natuurbeschermers? Wel eens over nagedacht?
Veenconcentraat en Heelaarde.
We kunnen producten aanschaffen die giftige toxines en schimmels zo veel mogelijk meenemen in de mest, om zo de lever minder te belasten. Lichaamsvreemde stoffen worden immers door de dunne darm verwerkt en in de bloedbaan naar de lever gebracht. Te denken valt aan Limburgse leem, heelaarde, veen of “moorconcentraat” of andere koolstof producten met een dergelijke werking. Prima! De structuur daarvan is dusdanig, dat het vele toxines meeneemt naar de dikke darm die het weer uitscheidt. Maar doe dat niet dagelijks, want dan is de kans groot, dat het ook de vitamines en andere waardevolle stoffen meeneemt in de mest.
DETOX
Een ander goede mogelijkheid is een week voor de Jonge Duiven vluchten en ook voor de invliegvluchten de lever van de jongen te ontgiften. Dat kan middels de Detox mengeling die een zeer hoog percentage Mariadistelzaad bevat. Een klein beetje Mariadistelzaad in de mengeling is echt onzin. Dat is puur voor de show. Het moet echt een flink percentage zijn. Ik heb dat uitgezocht van wetenschappers en exact het juiste percentage voor duiven toegevoegd aan het voer.
De werkzame stoffen die de lever ontgiftigt is samengevat in een groep die zich Silymarine noemt. Binnen deze groep is Sylibine de beste werkzame stof. Bij wetenschappelijk onderzoek voor mensen kom je op waardes van 300 mg tot 600 mg silymarine per dag. Het is afhankelijk van de ziekte waarvoor het wordt gebruikt. Zo kan men de werkzame stof (silymarine) gebruiken om de lever te beschermen tegen schade door chemicaliën, medicijnen vergiftigingen, ontstekingen in de lever, leverziekte, levercirrose en chronische hepatitis.
Antioxidant.
De werkzame stof silymarine uit de Mariadistelzaad vergroot de hoeveelheid Glutathion met wel 50%. Glutathion is het krachtigste antioxidant van ons lichaam. Bovendien verhoogt silymarine het niveau van Superoxidedismutase (SOD) in de rode bloedcellen en de lymfocyten. SOD maakt ook vrije radicalen onschadelijk aldus het wetenschappelijk onderzoek.
Tot slot.
Zo kun je zelf ook veel doen aan de gezondheid van je duiven. Kijk als eerste naar jezelf. Wat kan ik, trainer van mijn team duiven, doen voor de gezondheid van mijn duiven? Laten we hopen dat er in de toekomst goede beslissingen worden genomen om de verliezen zo veel mogelijk te beperken. Veel succes.
Willem Mulder.
Tel: 0648 – 71 74 75
E-mail: Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken.
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
We vlogen vandaag Sens, een ingekorte versie van de laatste jonge duiven klassieker Fontenay.
Helaas gebeurt dit inkorten en veranderen van vluchten steeds meer en ik vraag me af hoe deze beslissingen tot stand komen. Soms komt het aan als een klap in je gezicht ,als er gewoon een dagfond vlucht wordt ingekort of verandert in een midfondvlucht ,met als motivatie “omdat de duiven het al zwaar genoeg hebben gehad”. Wiens duiven hebben het zwaar genoeg gehad ,vraag ik me dan af!!
We hadden vandaag de kans om te laten zien waar we al weken over schrijven. En we hebben dat vandaag dus dubbel en dwars waargemaakt. Prachtig duivenweer en 422 km, dan krijgt een duif een kans om wat te laten zien. We hadden 12 duivinnen mee en 35 ruiende late jongen die een sprong moesten maken van 200 km en alleen Duffel, Quievrain en 2x Niergnies hebben gevlogen. Natuurlijk hadden deze late jongen geen schijn van kans om op de lijst te komen, maar ik wilde ze deze ervaring op laten doen voor het volgende seizoen.
Dus we hadden op papier 47 duiven mee maar in werkelijkheid maar 12 (duivinnen). De eerste 12 van de lijst en van die 12 vliegen we er 10 in de prijzen. We beginnen met een prachtige 6e NPO afd. 5 tegen 8755 duiven. Ons kleine blauwe duivinnetje verslaat alle jonge duivenspecialisten in onze regio en vliegt de 1e in rayon a en als we dus even resumeren dan verslaan we op de 2 jonge duiven vluchten met de verste afstand 2 keer de jonge duiven specialisten en winnen we 2 keer de 1e in het rayon.
Een mooi detail: dit kleine duivinnetje is een dochter uit onze kweek duivin ”de 400”. Het eerste jaar hier in Krimpen ad Lek in 2014 vlogen we ook als laatste vlucht Sens. Dat werd een hele pittige versie en wij wonnen toen de 3e NPO tegen 11.971 duiven en ook dit was een dochter van dezelfde “400” kweekduivin. Over goede kweekduiven gesproken!! Daar zit maar liefst 9 jaar tussen!!!
Haar vader is een zoon van mijn Bonte favoriet 539 en miss Unbelievable en die heb ik als ei opgehaald bij Paul Couwenberg. We hebben dit jaar voor het eerst de duiven van Paul in gekweekt in onze eigen stam en deze Bredase duiven hebben het hier echt waar gemaakt.
We zijn er zeer tevreden over. Onze 2e duif vandaag is ook een halve van Paul en is tevens onze beste jonge duif.
We moeten nog 10 late jonge en die melden zich waarschijnlijk morgenochtend en volgende week gaan we selecteren voor 2024. Het seizoen zit er op en we zullen proberen om ook in het stille seizoen regelmatig een berichtje te plaatsen op onze website en Facebook.
Martin.
|
Nu ik meer vrije tijd heb kom ik ook toe aan meer lezen. Behalve de stapels boeken en krantjes betreft dat ook het lezen op internet. Zo heb ik afgelopen week ook weer eens rondgeneusd op Forum Het Praathuis. Het was al zo’n anderhalf jaar geleden dat ik daar voor het laatst had ingelogd. Voor de lezers die dit forum niet kennen even een toelichting. Het Praathuis is in 2006 als duivensportforum door wijlen Wim Brom opgericht. In de afgelopen 17 jaar is het een vriendenclub geworden met zo’n kleine 500 leden. Er zijn in deze periode ruim 600.000 berichten geplaatst en alles is terug te vinden door te zoeken op onderwerp. De informatie die hier te vinden is, kan zowel voor zowel de beginner als de gevorderde kampioen interessant zijn. Liefhebbers onthullen hun spelsystemen in bijgehouden dagboeken en serieuze vragen worden doorgaans snel en goed door diverse vaak goed spelende liefhebbers, of deskundigen op het gebied waar de vraag over wordt gesteld, beantwoord.
Wanneer je de antwoorden op de vragen vergelijkt met die doorgaans op Facebook in de diverse duivengroepen worden gegeven, is wel duidelijk dat wil men echt iets opsteken / leren, het beslist een meerwaarde heeft om lid van Forum Het Praathuis te worden. Daarnaast kent Het Praathuis een duiven ruil competitie. Hierdoor zijn al vele vriendschappen ontstaan en daarnaast zijn diverse leden door het ruilen gratis in het bezit gekomen van goede duiven. Binnen deze groep leden bestaat een grote bereidwilligheid om elkaar te helpen als men er zelf niet uitkomt. Na het overlijden van Wim ontstond er een lange periode van onduidelijkheid over de rechten en verplichtingen. Uiteindelijk heeft Evert Konings het contract met de domeinbeheerder overgenomen en houdt hij Het Praathuis in de lucht. Evert krijgt daarbij hulp van Bert Krijgsman en Albert Hendriksen.

'Legende in de vogelsportwereld'
Bijzondere capriolen
The Pigeon God
Na de rui en kweekperiode wordt er nogal eens een kuur gegeven om de duif weer helemaal schoon te maken van binnen, de bloedwaardes te verbeteren en de lever te ontgiften. Allerlei middelen worden van stal gehaald en het is de vraag in hoeverre deze de duif weer gaan ontlasten. Er worden soms producten gebruikt die op zich toch weer stoffen in zich hebben die niet natuurlijk zijn. Is er dan geen andere mogelijkheid? Een puur natuurlijke weg?
Puur natuur.
Ja natuurlijk is die er en ik ben op die gedachte gekomen door een artikel van onze duivendokter van dit blad. In zijn artikel werd Mariadistelzaad behandeld. Ik had over dit zaadje, eerlijk gezegd, nog niet echt veel nagedacht omdat dit niet vaak in mengelingen wordt toegevoegd. Het is dus min of meer wat aan mijn aandacht ontsnapt. De percentages die nu in sommige voeders voorkomen zijn minimaal en stellen helemaal niets voor als het gaat om het ontgiften van de lever. En ja, de duivendokter heeft daarin helemaal gelijk. Wie denkt dat die 1% of 2% in een voermengeling ontgiftend werkt, komt van een koude kermis thuis. Ik ben dus op onderzoek uitgegaan en dan kom je in de wetenschappelijke wereld terecht.
En wat blijkt?
De Mariadistel hoort eigenlijk thuis in Azië en Zuid-Europa. Tegenwoordig kun je deze plant echter overal tegenkomen. De plant bloeit jaarlijks of een keer in de twee jaar, afhankelijk van de regio. Vanwege de mooie paarse bloemen en bladeren met marmerachtige nerven kom je deze plant nu ook vaak in kruidentuinen en botanische tuinen tegen.
In de literatuur wordt de mariadistel omschreven als een geneeskrachtige plant. Ze wordt al meer dan 2000 jaar als medicijn gebruikt voor vele aandoeningen. Maar vooral voor het ontgiften, reinigen en ontstoppen van aandoeningen van de lever, de galblaas, de mild en nieren. Met name monniken hebben veel over de plant geschreven. Zodoende is er veel informatie bewaard gebleven. Later gaf de befaamde Duitse arts Gottfried Rademacher (1772-1850) zijn patiënten bij lever- en miltaandoeningen een ethanol extract van de zaden. Het extract werd spoedig zeer populair en kreeg als naam “Rademacher’s Tinctuur”.
Glaasje te veel op? Mariadistelzaad.
“Bij het bestuderen volgens de moderne wetenschap naar de effectiviteit en werking van een geneeskrachtige plant als Mariadistel wordt al gauw duidelijk hoe dit naadloos aansluit bij de eeuwenoude en traditionele gebruiken en toepassingen. Mariadistel heeft een grote reputatie met betrekking tot de effectiviteit bij veel lever- en galaandoeningen en vergiftigingen. Dit was dan ook het uitgangspunt voor de meeste wetenschappelijke onderzoeken. De werkzame bestanddelen en het werkingsmechanisme zijn nu in grote lijnen bekend. Daarom werd mariadistel getest en bij vele ziektes gebruikt. Het werkte met name goed bij een te hoog alcohol gebruik. Door het gebruik van Mariadistel normaliseren de bloedwaarden van de leverenzymen. Mariadistelextract beschermt de lever ook bij langdurig gebruik van antidepressiva, ook hierbij verminderen de bovengenoemde bloedwaarden”. Tot zover enkele citaten van de wetenschappelijke foundation voor gezondheid.
Bescherming lever
De werkzame stoffen die de lever ontgift is samengevat in een groep die zich Silymarin noemt. Binnen deze groep is Sylibine de beste werkzame stof. Bij wetenschappelijk onderzoek voor mensen kom je op waardes van 300 mg tot 600 mg Silymarin per dag. Het is afhankelijk van de ziekte waarvoor het wordt gebruikt. Zo kan men de werkzame stof (Silymarin) gebruiken om de lever te beschermen tegen schade door chemicaliën, medicijnen vergiftigingen, ontstekingen in de lever, leverziekte etc
Antioxidant
De werkzame stof Silymarin uit de Mariadistelzaad vergroot de hoeveelheid glutathion met wel 50%. Glutathion is het krachtigste antioxidant van ons lichaam. Bovendien verhoogt Silymarin het niveau van Superoxidedismutase (SOD) in de rode bloedcellen en de lymfocyten.
SOD maakt ook vrije radicalen onschadelijk aldus het wetenschappelijk onderzoek.
De eerst testen bij de duiven: heel veel dons.
Voor onze duiven is mij geen enkel wetenschappelijk onderzoek bekend. Dus moeten we eerst de percentages aanpassen voor de duiven en aan het werk om dit te testen. De stofwisseling van duiven is heel anders dan die van mensen. Voor de omzetting naar de duiven volg ik een bepaalde rekenformule, die uitkomst moet brengen voor een gelijkwaardige hoge dosering Silymarin.
Nou, daar was heel wat Mariadistelzaad voor nodig. Na Paddy heeft de Mariadistelzaad het hoogste aandeel in deze nieuwe mengeling.
De test werd gedurende 7 dagen gedaan op verschillende hokken in Nederland en Duitsland. Langer is eigenlijk niet nodig en ook niet verantwoord. Waarom niet? Omdat de lever dit werk van nature zelf doet. De lever stuurt een seintje naar de hersenen dat deze ontgiftende stof voldoende aanwezig is en stopt dan met de eigen productie. Eigenlijk was dat mijn scepsis ten opzichte van dit zaadje. Maar goed, als je wat wilt leren, moet je daartoe ook bereid zijn.
Vandaag gevoerd, morgen al resultaat.
Er werd ± 30 gram per dag gevoerd. Op de testhokken bleek het meteen een schot in de roos te zijn. Meteen de volgende dag was er resultaat. De mest werd heel klein en droog. En er werd elke dag opvallend veel dons gegooid. Tot de laatste dag aan toe. De duiven reageerden ook perfect. De waren levendig en alert.
Het enige nadeel van het hoge percentage Mariadistelzaad is dat er erg veel omega 6 in zit en eigenlijk geen Omega 3 (535 : 1). Om de mengeling weer in balans te brengen heb ik veel Perillazaad toegevoegd. Door het zeer hoge percentage Omega 3 van Perillazaad komt de gehele mengeling uit op een verhouding van 2,4 Omega 6 en 1 deel Omega 3. ( 2,4 : 1) Een zeer goede onderlinge verhouding. Naast de schone lever krijgt de duif een mooi glad verenpakket en een schitterend borstkleur.
Gebruik.
Waarvoor kun je deze nieuwe Detox mengeling gebruiken? Met name als kuur van 5 tot 7 dagen na de rui en kweekperiode, vlak voor de komende vliegperiode. Daarnaast 1 tot maximaal 2 dagen in het vliegseizoen, als je medicijnen moest gebruiken of als je te veel bijproducten gebruikt en de duiven uit vorm raken.
Veel heb je zeker niet nodig een klein zakje voer kan voor een heel vliegseizoen al voldoende zijn.
Veel succes ermee.
Willem Mulder.
E-mail: Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken. Tel: 06-48717475
Dit weekend konden we weer genieten van het prachtige weer. Voor mij is dit zonnige warme weer het gedroomde duivensport weer. Al onze kweekduiven presteerden tijdens hun actieve loopbaan uitzonderlijk goed onder deze weersomstandigheden op vluchten rond de 600 km.
Ons jonge duivenhok zit dus vol met de producten van deze kweekduiven.
Heel het jonge duivenseizoen weet je dus al dat onze kansen liggen op de laatste paar jonge duivenvluchten. En dan het liefst onder deze weersomstandigheden. We krijgen dus één of twee kansen per jonge duivenseizoen om te laten zien wat we in huis hebben.
Verleden jaar ging de enige vlucht met een beetje afstand niet door en nu dus weer niet. Mijn duiven waren helemaal klaar voor Fontenay en toen het verdict werd uitgesproken dat we weer 200 km gingen vliegen kwam dit echt binnen als een grote teleurstelling.
Ik voel me als een hardloper die het best presteert op de 5 km en wekelijks mee moet doen aan wedstrijden op de 500 meter tegen 500 meter lopers.
We hadden 30 jonge duiven ingekorfd en we waren vol vertrouwen, dat ze ondanks de afstand geweldig zouden komen. Ook hadden we 40 late jonge duiven ingekorfd voor de oorspronkelijke nalijn vlucht.
Nico was sinds lange tijd niet wezen letten en was nu gelukkig weer van de partij. En hij ging er van uit dat de eerste duiven zo rond de 1500 meter zouden moeten maken. En zijn profetie bleek weer helemaal juist te zijn (zoals gewoonlijk). Rond half 12 stonden Jochem en ondergetekende dus in de blauwe lucht te turen op zoek naar een duif. Er was geen duif te zien en verder ook weinig bewegingen van andere vogels.
Dan even over half 12 komt er precies uit de goede vlieglijn een duif aan steken recht richting de landingsplek. Net voor de landing valt er een andere duif bij (vanuit het oosten) en we denken even dat we 2 duiven tegelijk krijgen. Door die tweede duif stopt nummer één met landen en vliegen ze gezamenlijk een aantal rondjes.
Nadat ik een figurita had gegooid valt er ééntje op het hok en blijft nummer 2 rond dwarrelen en land uiteindelijk ook verderop op het hok. Nummer twee bleek een vreemde duif, die van de dorst nog wat rond bleef hangen. Dan komt na een minuutje de een na de ander prachtig gemotiveerd uit de lucht vallen en hebben er dan 20 van de 30 in 11 minuten.
Dan zien we dat onze eerst (kale) late jonge duif zich aanmeldt. Heel knap als je met dit taaie weer en voor de 4e keer van je leven in de mand zit om dan mooi op tijd te komen. Onze late jongen bleven de hele dag door vallen en zagen er perfect uit en leken geen last te hebben van de warmte.
Onze club in Lekkerkerk deed het heel goed met de jonge duiven want ik denk dat er weinig clubs zijn waar het zo snel afgelopen was als bij ons. Het concours stond in Lekkerkerk 8 minuten open en als het bij ons gebeurd is dan zijn er in de Reisduif in Krimpen aan de Lek pas 3 duiven van de 153. De uitslag in het rayon was Niergnies. (217 km) tegen 727duiven 12-21-23-27-58-61-82-84-119-120-121-135-136-143-146-196-218-220. 30/18. We werden 4e Grootmeester deze week met 3 echte jonge duivenspecialisten voor ons !
We kijken terug op een mooie vlucht ondanks de veel te korte afstand. We zullen volgende week nog enkele duiven spelen op Fontenay, omdat er al diverse bij zijn die te ver in de rui zijn. Verder gaan de laatjes allemaal naar Fontenay om ervaring op te doen.
Nog een leuk detail:
Er vielen gisteren veel vreemde duiven mee naar beneden en die waren allemaal dorstig en op zoek naar water. Toen Jochem met een bak vol water naar die jongen toe liep, zag hij dat één duif een witte GPS ring om had.
Hij vroeg me om dit zondag in mijn blog te vermelden en dat hij een foto had gemaakt van de duif, zodat de eigenaar kon weten dat de duif hier had gedronken.
Dat bleek niet nodig want ik kreeg vanmorgen vroeg al een berichtje van Richard van de Bos, of ik gisteren bezoek had gehad van zijn GPS duif? Ik heb Richard toen een foto gestuurd van zijn duif die hier op zoek was naar water.
Mooi verhaal om te delen!
Zo af en toe krijg ik wel eens vragen over epi-genetica. Kort door de bocht wordt met epi-genetica de invloed van de omgeving op de genen bedoeld. Onderzoek heeft aangetoond dat de werking van de genen wordt beïnvloed door omgevingsfactoren zoals bijvoorbeeld voeding, de hoeveelheid licht, ouderdom, ziekten, luchtvervuiling en nog veel meer. Door epi-genetische veranderingen wordt de functie van een gen anders, zonder dat de DNA-code veranderd. Het komt er éénvoudig gezegd op neer dat sommige genen uit of aan gaan staan door bepaalde gebeurtenissen of omstandigheden. Op basis van wat tot nu toe bekend is blijkt dat samen met het genenpakket er nog heel veel meer informatie wordt overgeërfd die van grote invloed is op het feit dat de duif zal kunnen uitgroeien tot een topvlieger. Ik ben daar zeer in geïnteresseerd en volg de ontwikkelingen op dit gebied. In relatie tot de duivensport ken ik echter alleen het artikel van Maarten & Michel Bommerez getiteld “Epigenetica: Mendel op zijn kop”. Zie de link. http://www.columbusloft.be/columbus/index.php/het-ei-van-columbus/111-epigenetica-mendel-op-zijn-kop
Op basis van deze kennis kun je dus stellen dat zelfs het beste kweekmateriaal op je hok geen garantie is voor het kweken van topduiven. Dat is niets nieuws uiteraard, maar de inzichten m.b.t. epi-genetica geven wel een deel van een verklaring waarom er het ene jaar een groot percentage goede en bruikbare duiven wordt geboren en het andere jaar uit precies dezelfde duiven alleen maar “gewone” of slechte duiven wordt gekweekt. Je moet er dus alles aan doen wat in je vermogen ligt om de meest ideale omstandigheden te creëren in de kweekperiode. En daar schort het mijn inziens nogal eens aan. Want er zijn nogal wat factoren die van invloed kunnen op het uiteindelijke kweekproduct. Denk bijvoorbeeld aan verduisteren, bijlichten, kuren, te vroeg koppelen, duivinnen te veel achter elkaar te laten leggen, te oude duiven op elkaar zetten, kweken in kweekboxen, te vette duiven koppelen, onjuiste of te weinig voeding, toedienen van verkeerde/giftige stoffen, niet volledig gezonde duiven en overbevolking. En deze lijst is lang niet volledig.