De postduifsport is immaterieel erfgoed. Nu vliegen postduiven nog vooral tijdens wedstrijden, maar ooit waren postduiven een onmisbare schakel in de strategie van generaals. Wat maakt dit diertje, en de sport zo bijzonder?
De relatie tussen de duif en de mens gaat ver terug. Uit Mesopotamische kleitabletten en Egyptische hiëroglyfen blijkt dat al zo’n 5000 jaar geleden in Noord-Afrika duiven werden gedomesticeerd. Uit die gedomesticeerde duiven zijn de bij ons inmiddels welbekende tamme duivensoorten ontstaan. In de oudheid waren duiven nog vooral een goedkope en voedzame lekkernij. De duiven kwamen af op plekken waar veel landbouw bedreven werd, omdat daar voor de dieren makkelijk voedsel te vinden was. Daarmee werd de duif voor de mensen weer een makkelijke prooi. Om de duiven te lokken en makkelijker te vangen werden gevangen duiven gedomesticeerd en vervolgens gebruikt als lokvogel. Ook werden veel duiven als siervogel gefokt.
De eerste postduiven
De uitvinding van papier maakte het mogelijk boodschappen niet meer op zware kleitabletten over te brengen, maar op licht papier. Kleine, korte boodschappen konden op kleine stukjes papier geschreven worden en aan een duif gebonden worden. Daarna kon de duif de boodschap naar de bestemming vliegen. De postduif was geboren. De Romeinen en oude Grieken deden dit al, Caesar zou postduiven hebben ingezet, maar in de middeleeuwen werd dit steeds belangrijker, met name in de islamitische wereld. De eerste kalief van de Abbasiden hield via postduiven contact met de verschillende delen van zijn rijk. Daarvoor werden op veel plekken duiventillen gebouwd, waardoor er een heus netwerk van duivenpost ontstond.
Postduiven in oorlogstijd
Ook in Europa werden postduiven steeds vaker gebruikt om boodschappen over te brengen. Met name tijdens oorlogen bleken postduiven handige boodschappers. Klein en snel waren ze in staat om grote afstanden te overbruggen en de vogels konden makkelijk over de vijandelijke linies heen komen. Tijdens de Tachtigjarige Oorlog waren duiven een belangijk communicatiemiddel tijdens bijvoorbeeld de belegeringen van Haarlem en Leiden.
Tijdens de Eerste Wereldoorlog werden postduiven op grote schaal ingezet om boodschappen van het front naar gebieden verder achter de linies over te brengen. Daarbij bleken duiven soms betrouwbaarder dan de telefoonverbindingen, die door de grote artilleriebombardementen vaak verbroken werden.
Postduif, een gevaarlijk beroep
Dat wil niet zeggen dat de duiven geen gevaar liepen. Postduiven waren het doelwit van scherpschutters, die maar al te goed wisten dat het neerschieten van duiven grote gevolgen kon hebben voor de vijand. Dat leidde ertoe dat een aantal duiven onderscheiden werden met oorlogsmedailles. In 1918 werd de duif Cher Ami beroemd toen ze een boodschap van ingesloten Amerikaans troepen naar haar hoofdkwartier wist te brengen. Daarbij werd de duif maar liefst drie geraakt door vijandelijk vuur. De duif werd onderscheiden met de hoogste Franse legeronderscheiding, het Croix de Guerre en de Amerikaanse opperbevelhebber in Frankrijk zou haar persoonlijk uitgeleide hebben gedaan toen het dier op de boot terug naar Amerika werd gezet. In 1943 werd er door het Amerikaanse leger een speciale oorlogsmedaille voor dieren in het leven geroepen. Sindsdien hebben 27 duiven deze medaille verdiend.
Duivensport
Cher Ami was niet getraind door het leger, maar was aan het leger gegeven door postduivenfokkers. De sport om duiven zo snel mogelijk grote afstanden moesten afleggen, ontstond in het begin van de negentiende eeuw in België. Langzaam verspreidde de liefhebberij zich vanuit daar over Europa. De duivenhouders, duivenmelkers genoemd, hielden en houden wedstrijden waarbij de duiven zo snel mogelijk vanaf een bepaalde plek weer naar huis moeten vliegen. De snelste duif wint. Al snel won het ‘spelletje’ aan populariteit waar veel geld in om ging. Niet alleen om snelle duiven te kopen van hun fokkers, maar ook om te wedden op de snelste duif.
Waardevolle dieren
Omdat de postduiven tijdens de wereldoorlogen zo belangrijk waren, werd de sport in die periodes verboden. Tijdens de Tweede Wereldoorlog zouden duivenmelkers hun duiven zelfs hebben laten ‘onderduiken’ om de beestjes uit handen van de Duitsers te houden, zodat die ze niet konden inzetten voor oorlogsdoeleinden en de duivensport in Nederland na de oorlog weer op zou kunnen leven. Dat is gelukt. In 2017 werd op een veiling in België 360.000 euro betaald voor een postduif, de duurste tot dan toe. In datzelfde jaar werd in Nederland de postduivensport, met alle bijbehorende activiteiten en tradities, op de lijst van immaterieel erfgoed geplaatst.
BRONNEN: