Na twee Friezen, een liefhebber uit Zuid-Holland, Een Drent en een Brabander is het nu de beurt aan twee Groningers om hun zegje te doen over het beoefenen van de duivensport op een eenvoudige manier. Het zijn de 31 jarige Ramon Klaassens en zijn 43 jarige echtgenote Zwaniëlle Klaassens uit Vlagtwedde. Ramon is lid van de vereniging PV de Trekkers, de club waar ik zelf ook lid van ben samen met mijn compagnon René Dalmolen. Er wordt gevlogen onder de naam van Ramon, maar Zwaniëlle draagt ook haar steentje bij en dat niet alleen door Ramon te ondersteunen, maar ook in de vereniging is Zwaniëlle actief. Zo doet ze op de vereniging het computerwerk tijdens inkorven en afslaan en het koppelen van de duiven. En ze vervult een bestuursfunctie binnen de DGCC (Drents Groningse Concours Combinatie).
Ramon zijn vader had ook duiven, maar die is overleden toen Ramon nog maar zes jaar oud was. In zijn tienertijd heeft Ramon zelf ook twee jaar met duiven gespeeld. In de jaren dat hij geen duiven had kwam hij nog wel over de vloer bij de duivenliefhebbers Derk Huls en Wim Wilts en begon het duivenmelkersvirus op een gegeven moment weer de kop op te steken. Sinds 2015 heeft hij weer duiven. Ramon heeft een beperking en werkt halve dagen op een zorgboerderij. Voor de rest van de dag wordt er veel tijd aan de duiven besteed want hij is best fanatiek. En de laatste jaren vertaalt zich dit in steeds mooiere uitslagen. Zwaniëlle; “Wij proberen mooie uitslagen op verenigingsniveau te maken. Daarnaast is een vluchtoverwinning ook super natuurlijk. Maar we zijn wel realistisch dus zijn al heel blij met een mooie uitslag. Wij richten ons voornamelijk op de vitesse en de midfond. Daarnaast wordt er ook op de dagfond- en jonge duivenvluchten ingekorfd. Voor de dagfond zoeken we elk jaar een aantal duiven uit die misschien de dagfond ook aan kunnen. Het ene jaar gaat dat goed en het andere jaar niet. Ramon zou het heel mooi vinden als hij in de toekomst ook eens een paar duiven op de marathon zou kunnen spelen, maar daar hebben we nu (nog) geen duiven voor. Vooralsnog genieten we van de successen op de programmavluchten zoals de paar keer dat Ramon op teletekst en in het Spoor der Kampioenen heeft gestaan en het 1e duifkampioenschap jonge duiven in de club vorig jaar.”
De moderne manier van duivensport zoals die op veel professionele hokken wordt beoefend met verwarming en klimaatbeheersing op de hokken, uitgebalanceerde luchtverversing, voerschema’s, medische begeleiding, etc. staat heel ver van Ramon en Zwaniëlle af. Zwaniëlle; “Voor ons is het echt hobby. Ik heb naast de duivensport mijn gezin en ben ook nog actief met paarden. Ramon is wel vrij fanatiek met de duiven bezig. Zijn meeste vrije tijd steekt hij in de duiven, zo’n 3 tot 4 uur per dag. Op vakantie gaan we niet en de duiven krijgen alles wat ze nodig hebben, maar er zijn grenzen aan. Hoe anderen de duivensport beoefenen is niet iets waar wij ons mee bezig houden. Natuurlijk weten we wel dat er flinke bedragen in de duivensport omgaan die besteed worden aan duiven, hokken, supplementen en medicatie. Ook zien we wel de enorme aantallen die er door bepaalde hokken wekelijks worden ingekorfd, maar we hebben geen idee hoe bepaalde zaken misschien anders zouden kunnen. Zoals gezegd richten we ons op het spel in de club en genieten we van de omgang met de duiven.”
Uit het bovenstaande blijkt dat we hier te maken hebben met eenvoudige liefhebbers die met beperkte middelen genieten van hun duiven en daarmee tevreden zijn. Zwaniëlle; “Wij hebben een vlieghok van 8 meter met 4 afdelingen waarop 12 vliegkoppels zitten en een kweekhok van 5 meter met 2 afdelingen waarop 8 kweekkoppels zitten. We spelen zowel met de ouden als jongen ongeveer tussen de 15 en 30 duiven per vlucht. Als je kijkt naar de kosten van voer, vluchten, medicatie en supplementen is de duivensport best prijzig. Duiven kopen doen we dan ook niet en supplementen en medicatie worden door ons maar met mate verstrekt. Rijden met de duiven doen we in het seizoen evenmin, maar wel worden zowel de oude als jonge duiven voorafgaande aan de vluchten 4 á 5 keer gelapt.”
Tot zover Ramon en Zwaniëlle in deze zesde column over duivenliefhebbers die de duivensport op een eenvoudige manier beoefenen en daar veel levensvreugde aan beleven.