ad2016

Geen mens die kan raden wat ik verleden week gedaan heb. Dagelijks rond gereden langs talloze velden in heel de regio. Ik wilde weer eens kieviten zien.
In mijn latere tienerjaren was ik even gek van kieviten als van duiven.
Van duiven hield toen half het dorp, van kieviten, meer bepaalde de eieren zoek slechts een enkeling. Vanaf half februari was mijn blik constant omhoog gericht om kieviten te zien overtrekken. Elk jaar werd genoteerd wanneer ik de eerste zag.
Het gebeurde dat ze een hele dag overkwamen in kleinere of grote golven.
Nadien kwamen de grutto’s.

EIEREN 
Wat heb ik kievitseieren gezocht, het werd een verslaving, geleerd van een oom. Overal zaten ze, soms samen met grutto’s. En patrijzen. Die vlogen pas op als je er vlakbij was met zo’n hels kabaal dat je hart over sloeg. Luid zingende leeuweriken hoog boven je maakten je dag helemaal goed. Zoals ook de poelier deed die grof betaalde voor de talloze gevonden eieren.

ALLES WEG
Elk voorjaar denk ik er met weemoed en ook schaamte aan terug. Nu zijn de kieviten weg. Ook grutto’s, leeuweriken, patrijzen, wulpen en.. weilanden zie je niet meer.
Die weilanden, vroeger afgebakend met prikkeldraad, hebben plaats gemaakt voor eindeloze groene vlaktes als een biljartlaken. Ze maken zelfs het kleinste vogeltje een sitting duck voor predators.

TOCH  
Verleden woensdag eindelijk een kievit langs de weg maar klopte dat wel? Hij zat er te stil en te eenzaam. Toen hij er ’s avonds nog zat was ik zeker dat er iets niet klopte. Donderdag dan was hij weg, maar het liet me niet los. Vrijdag terug gaan zien en inderdaad daar lag hij: Heel erg dood.
Ik vrees dat je boven de 60 moet zijn om me te begrijpen, waarvoor excuses aan alle jongeren. Het moet toch niet altijd over duiven gaan.